OTTERSCHELP
In België en Nederland is de schelp vrij zeldzaam tot plaatselijk vrij algemeen. Na harde wind spoelen vaak meerdere exemplaren aan. Sinds 2003 is de otterschelp veel vaker op onze stranden te vinden. Ze komt algemeen voor in Bretagne en komt verder voor van de Noorse Zee en de Oostzee tot aan het Iberische schiereiland, de Middellandse Zee en in West-Afrika tot aan Senegal en Guinee. Deze soort is ook waargenomen langs de kusten van Zuid-Afrika.
De dieren leven tot 40 cm ingegraven in modder of zand, van de laagwaterlijn tot ongeveer 100 m diep, vaak in de nabijheid van riviermondingen, in modderbodem langs de Europese kusten van Zuid-Noorwegen tot aan en in de Middellandse Zee maar niet in de Oostzee. De otterschelp is een diepe graver. Tijdens de groei maakt hij zijn gang steeds dieper. Hij houdt contact met het oppervlak door middel van lange sipho’s, die hij gedeeltelijk in kan trekken.
De schelp is een vrij dunschalig, plat, langwerpig-ovaal met een lengte tot 13 cm en 6cm hoog. De kleppen gapen langs beide uiteinden. De boven- en onderrand lopen parallel. De top ligt iets naast het midden. De buitenkant is bijna glad met een sculptuur van fijne groeilijnen, maar kan iets verweerd zijn.
Strandexemplaren zijn meestal 80 mm bij 30 mm. De schelp is vrij breekbaar, en het is moeilijk om niet beschadigde exemplaren te vinden. De kleur is geelwit. Het periostracum (opperhuid) is bruingeel of olijfgroen, maar slijt vrij snel af. Strandexemplaren zijn soms bruingeel of blauwzwart verkleurd. De binnenzijde is wit en porseleinachtig glanzend. Bij het openen van de schelp zie kleine bruine propjes bij het slot die precies passen in de driehoekige uitsparing. Deze zijn niet terug te vinden bij de strandgaper (Mya arenia).
Otterschelpen worden vaak als bijvangst van scheermessen in de netten aangetroffen.
Voedingswaarde
Rijk aan eiwitten, vitamine B en mineralen. Nutri-Score = A
Als een eiwitrijke zeevrucht met een laag vetgehalte, passen otterschelpen goed in een koolhydraatbewust dieet.
Voordelen / Nadelen
Aankoop / Bewaren
Verse otterschelpen zijn te herkennen aan hun gesloten schelpen en frisse zeeluchtgeur. Ze zijn het beste te verkrijgen na stormen wanneer ze vers aangespoeld zijn
Bewaar otterschelpen in de koelkast en gebruik ze binnen een dag
Bereidingswijze
De Otterschelpen zijn goed eetbaar. Ze kunnen zowel rauw als gebakken gegeten worden. Even kort grillen en dan opdienen met wat look, korainder en citroen.
Het vlees kan worden gebruikt in diverse gerechten, zoals pasta’s met zeevruchten.
Spoel de otterschelpen grondig om zand te verwijderen.
Kook ze kort om het vlees mals te houden.
Gebruik eenvoudige kruiden zoals knoflook, peterselie en citroen om de natuurlijke smaak van de schelpen te accentueren.
Info
De otterschelp wordt soms verward met de geoduck (piemelmossel) of zwanenhalsmossel en de strandgaper. Het slotje, de plek waar beide schelphelften aan elkaar vastzitten, is niet horizontaal zoals bij de strandgaper maar verticaal.