MOENDOE
De vrucht komt oorspronkelijk uit Noord-India en Birma en komt ook van nature voor in Indonesië. De soort wordt verbouwd in Zuidoost-Azië, India en op Sri Lanka. Het gewas wordt ook in Suriname verbouwd maar de teelt in de neo-tropen is verder ongewoon. De plant heeft vrij veel water nodig en een hoge luchtvochtigheid
Het is een tot 13 m hoge, vaak vanaf de basis vertakte, groenblijvende struik of boom met ver uitgespreide, gedeeltelijk hangende, kale takken. De tegenoverstaande bladeren zijn ei- tot lancetvormig, gaafrandig, aan de basis afgerond, toegespitst aan het uiteinde en tot 33 x 14 cm groot. De bladschijf is dik-leerachtig, donkergroen en glanzend aan de bovenzijde en aan de onderkant lichter en dof.
De ongeveer 1 cm brede bloemen zijn kort gesteeld en groeien in trosjes in de bladoksels. Ze bestaan uit vijf kleine kelkbladeren en vijf tweemaal zo grote, witte kroonbladeren die zich niet openen. De bloemen zijn 6-12 mm groot, geelwit en staan in kleine groepen. De vrouwelijk bloemen zijn tweemaal zo groot als de mannelijke. De bloei duurt slechts een etmaal, waarna de bloemblaadjes snel verwelken en onmiddellijk af vallen. Het duurt nog vier à zes maanden voor de vrucht volledig ontwikkeld is en rijp.
De gele mangistan, moendoe bloeit tweemaal per jaar, na afloop van een periode van droogte, in maart en april en in de periode juli-september.
De vruchten zijn scheef-afgeronde, tot 9 x 8 cm grote bessen met een kegelvormige punt (druppelvormig). Aan de basis van de vrucht blijven de vijf kelkbladeren behouden. De groene dunne schil rijpt naar geel tot bruin van kleur, is stevig, glad, en glanzend. Het vruchtvlees is sappig, zacht en oranje- tot zwavelgeel van kleur. Het smaakt aangenaam, aromatisch-zuur en citroenachtig. Het vruchtvlees omsluit één tot vijf harde, afgeplatte, boonvormige, tot 3,5 x 2 cm grote zaden met stompe, gebogen puntjes.
De onrijpe vrucht is lichtgroen van kleur, na rijping heldergeel tot oranje.
Het hoogtepunt van de moendoe-oogst valt in de warmere maanden. Tijdens deze periode onthult de vrucht zijn maximale smaak en aroma. De vruchten worden geoogst zodra ze verkleurd zijn.
Het sap van de vrucht wordt gebruikt als kleurstof gamboge genoemd, de kleurstof wordt vaak gebruikt voor het verven van de gewaden van boeddhistische priesters.
Asam kandis zijn +/- 2 cm zongedroogde schijfjes van het kleine vruchtje. De stukjes asam kandis zijn zo’n 2 cm lang en lijken op het eerste gezicht op gedroogde, zwarte keuteltjes, maar als je goed kijkt zijn ze ook een beetje rood.
Voedingswaarde
Rijk aan C, B-complexvitaminen, essentiële mineralen, antioxidanten en vezels.
De moendoe past perfect in een gezonde, koolhydraatbewuste voeding. Met zijn lage calorische waarde, lichte zoetheid en hoge voedingswaarde, is deze tropische verrassing een welkome aanvulling op evenwichtige maaltijden.
Hou evenwel de portiegrootte in de gaten (natuurlijke suikers)
Voordelen / Nadelen
Aankoop / Bewaren
AANKOOP
Voor zover bekend is de vrucht zelf niet in ons land verkrijgbaar, wel (sporadisch) in gedroogde vorm onder de naam asam kandis. Zoek naar de moendoe op lokale markten of gespecialiseerde supermarkten met een uitgebreid aanbod aan tropisch fruit.
Aan een harde vrucht kun je niet zien hoe vers hij is en of hij nog wel eetbaar is. Na een aantal dagen ongekoelde opslag kan de vrucht ernstig bedorven zijn, zonder dat je dat van buitenaf kunt waar nemen. Als de schil zacht is, kort na de pluk, is dat in de regel het teken dat de vrucht rijp en vers is.
BEWAREN
In de dagen na de pluk verhardt de schil afhankelijk van hoe de vrucht geoogst is en onder welke omstandigheden hij wordt opgeslagen. Vooral de luchtvochtigheid is van belang. Als deze te hoog is, kan de verharding een week of langer duren, voordat de vrucht gereed is voor de handel.
Bewaar verse moendoe op een koele, droge plaats voor kortetermijngebruik. Voor langere houdbaarheid is vacuümverpakking een uitstekende optie. Diepvriezen behoudt de versheid voor momenten waarop de tropen ver weg lijken.
Asam kandis (zongedroogd) luchtdicht en droog jaren te bewaren.
Bereidingswijze
De vrucht is sappig en smaakt enigszins zuur, volgens sommige bronnen zeer aangenaam, volgens andere weinig smakelijk, ze wordt met suiker bestrooid gegeten of verwerkt tot jam, gelei, fruitsalades en sappen.
Kombineer met verse munt en een vleugje limoensap…..
In Aziatische landen worden ze vaak vers gegeten bij het ontbijt, maar ze kunnen ook als ingrediënt worden toegevoegd aan bijvoorbeeld curries1.De vruchten worden ook wel gedroogd.
Asam kandis smaakt zuur met een licht bittertje. 2-3 stukjes kunnen kort of lang worden meegesudderd in stoofgerechten. Let op, je vist de stukjes er voor het serveren weer uit, je eet ze niet op.
In India worden jonge bladeren als eetbaar beschouwd en rauw gegeten, gekookt als spinazie of toegevoegd aan een curry.
No Waste
Gebruik de schillen en zaden van de moendoe om een verfrissende infusie te maken.
Info
Kan als kuipplant opgekweekt worden.
Jonge planten worden gebruikt als onderstammen voor de mangosteen, Garcinia mangostana
Xanthochymus is een samenvoeging van de Griekse woorden ‘xanthos’, wat geel betekent, en ‘chymos’, het woord voor sap. In het Engels wordt de boom vaak de eierboom genoemd. Andere veel voorkomende benamingen zijn gamboge boom, zure mangistan en Himalaya garcinia. In dit rijtje benamingen duikt vaak het Spaanse woord mundu op, waarschijnlijk omdat hij in Zuid-Amerika zo genoemd wordt, maar het is een duidelijk andere boom en vrucht dan de mundu (Garcinia dulcis), die van oorsprong uit de Indonesische archipel komt (zie aldaar).
De benaming gele mangistan wordt ook gebruikt voor de Mammae americana of Amerikaanse mammi en de Atractocarpus fitzalanii, die ook wel de bruine Gardenia wordt genoemd, en inheems is in Queensland, Australië.