DISTEL-CARDUUS
Distels zijn van oorsprong uit Eurazië en Afrika. Het zijn stekelige planten met bloemen in hoofdjes, omgeven door puntige omwindselblaadjes. De kleur is meestal rood tot paars, soms lila of wit. De vruchtjes aan de top zijn voorzien van vruchtpluis (distelpluis). Het is een tweejarige plant: in het eerste jaar vormen zich de wortel en het bladrozet; in het tweede jaar de bloemen en vruchten. Distels worden beschouwd als een van de hardnekkigste soorten onkruid. Alle Europese distels van het geslacht carduus zijn eetbaar. Uit de zaden kan olie geperst worden.
TENGERE DISTEL
De tengere distel staat op de Nederlandse Rode lijst als zeer zeldzaam, en is wettelijk beschermd sinds 1 januari 2017. De plant komt inheems voor in Zuid- en West-Europa en heeft zich verder verspreid naar Midden-Europa, Noord- en Zuid-Amerika, Zuid-Afrika, Noord-India (Kasjmir) en Australië. De plant wordt 15-130 cm hoog. Op de blauwgroenige stengel zitten driehoekige vleugels, die bezet zijn met stekels. De diep ingesneden bladeren zijn ei- tot lancetvormig met zes tot acht gestekelde lobben. De bladeren zijn van onderen spinnenwebachtig behaard. De tengere distel bloeit van juni tot augustus met lichtroze-paarse, soms witte bloemen.
DE KRULDISTEL
De kruldistel komt op vele plaatsen vrij algemeen voor, maar de soort is vrij zeldzaam in Zeeland en Drenthe. Uit bio-archeologisch onderzoek is bekend dat de algemeen voorkomende Kruldistel al zo’n 3200 jaar voor Christus in onze contreien groeide.
De plant kan 30-130 cm hoog worden en de gevleugelde stengels hebben tot 3 mm lange stekels. De bladeren zijn van onderen iets spinnenwebachtig behaard met zowel eencellige als meercellige haren. De kruldistel bloeit in juli tot september met roodpaarse, fuchsia bloemhoofdjes, die alleen of tot vijf bij elkaar aan de top van de stengel zitten. Hij is gemakkelijk te herkennen aan zijn hoge vaak alleen bovenin vertakte stengel met op elk uiteinde een kluwen van meestal 5 bloemhoofdjes en aan de gevleugelde stengel met kleine stekels. Ook de krullende gekroesde bladeren zijn daarbij onmiskenbaar. De tanden van de bladeren eindigen in kleine tot 3 mm lange slappe stekels.
DE KNIKKENDE DISTEL
De knikkende distel, de Nederlandse naam is voortgekomen uit het feit dat de bloemhoofdjes knikken vandaar knikkende distel. Vrij algemeen is de distel te vinden langs de kust, maar in Zeeland en het zuiden van Limburg vrij zeldzaam. De plant kan 200 cm hoog worden en bloeit in juli en augustus met roodpaarse, knikkende bloemhoofdjes. Deze soort is te vinden op kalkrijke gronden, van droog tot matig vochtig.
DE LANGSTELIGE DISTEL
De langstekelige distel is plaatselijk te vinden langs de rivieren en wordt 150 cm hoog. Deze soort lijkt sterk op de kruldistel en bloeit met purperrode bloemen van juni tot september.
Distels groeien in de lente en zomer, maar de jonge scheuten en bladeren kunnen het beste geoogst worden in de vroege lente, wanneer ze nog mals zijn.
Voedingswaarde
Distels zijn rijk aan vezels, vitamine C, kalium en antioxidanten.
Glycemische inndex +/- 15 Nutri-Score A
100 gram | Energie | Eiwit | Vet | Koolhydraten | Suikers | Vezels |
Gekookt | 24.4 kcal | 0.5g | 4.3g | 3.8g | ||
100g | 17-20 kcal | 1-2g | 0.1g | 3-5g | 1.6-3g |
Distels passen perfect in een koolhydraatbewust dieet. Ze bevatten weinig koolhydraten en hebben een lage glycemische index, waardoor ze ideaal zijn voor mensen die hun bloedsuiker willen beheersen.
Voordelen / Nadelen
Aankoop / Bewaren
Wilde distels zijn moeilijk te vinden in de winkel.
Bereidingswijze
De kruldistel smaakt als rauwe bloemkool. De smaak van de blaadjes en stengel doen aan witte kool denken.
De malse blaadjes en scheuttoppen kan je vanaf april tot juni rauw in slaatjes doen of er spinazie of andere gerechten van bereiden. Verwijder wel eerst de stekels op de bladranden met een schaar.
De bovenste 20 cm van de bloemstengels kan je van april tot juni voorzichtig schillen, dan zijn ze als een selderij-achtige rauwkost eetbaar, of je kan ze in kook- bak- of wokgerechten gebruiken. Je kan ze eveneens op zuur opleggen.
De wortels kan je in het eerste levensjaar (dan zijn ze nog niet houterig) in de herfst oogsten. Gewassen en geschild geraspt te gebruiken in salades, of bereiden als kook- of bakgroente. Gedroogde wortels kan je als meel gebruiken.
De bloemen kan je ook in suikerwater met citroen laten staan en vervolgens koken tot siroop. Let wel dat je het groen er dan wel afhaalt. Hier zitten bitterstoffen in.
Info
Chef’s advies
Gebruik jonge distelbladeren in smoothies of als aanvulling op salade, en kook de wortels om een voedzame bouillon te maken.
Blancheren helpt om de bittere smaak van distels zoals kardoen te verzachten. Blancheer de stelen 10 minuten in gezouten water voor gebruik.
Voeg altijd een scheutje citroen toe bij het koken van distels om hun kleur en smaak te verbeteren.