BERENKLAUW

Berenklauw is een opvallende plant die in het wild en in tuinen te vinden is. Hoewel sommige soorten eetbaar zijn, brengen ze aanzienlijke gezondheidsrisico’s met zich mee. Vanwege de mogelijkheid van ernstige huidreacties en de behoefte aan gespecialiseerde kennis voor veilige consumptie, wordt het gebruik van berenklauw voor culinaire doeleinden afgeraden.

Reuzenberenklauw

De reuzenberenklauw (Heracleum mantegazzianum) hoort hier van nature niet thuis voor, het is van oorsprong een valleiplant uit de Kaukasus. De eerste reuzenberenklauwen werden in de 19de eeuw vanuit de Kaukasus naar Europa gebracht. Zo verschenen deze planten in de Europese botanische tuinen en op grote landgoederen waar deze imposante planten een mooi plaatsje kregen in de siertuin.

Aan het begin van de twintigste eeuw begon men de gevaren van de plant te kennen en verdween ze steeds vaker uit de siertuin. Hij kan tot 5 meter hoog worden en heeft tussen juli en september grote, witte bloemschermen met een diameter tot wel 50cm.

De bladeren van deze plant zijn behaard en kunnen tot 1m diameter bereiken. Ze hebben scherpe driehoekige insnijdingen, een duidelijk ‘gezaagde’ bladrand en ze zijn licht- tot donkergroen en lichtglanzend. De stengel (tot 10 cm diameter) is roodgevlekt en bezet met harde haren. Onrijpe zaden zijn groen, maar kunnen nog afrijpen als je ze laat liggen. Rijpe zaden zijn bruin en komen makkelijk los.Door zijn grote bladeren overwoekert hij alle inheemse plantensoorten en verspreidt hij zich snel langs bermen en waterlopen door zijn vele zaden. De reuzenberenklauw wordt in grote hoeveelheden teruggevonden langsheen de autosnelwegen en de spoorlijnen en in verwaarloosde tuinen en bossen.

Gewone Berenklauw

De gewone inlandse berenklauw (Heracleum sphondylium) daarentegen wordt ‘slechts’ twee meter hoog en heeft geen rode vlekken op de stengel. De plant is ruw behaard en heeft drievoudig gevind tot vinspletige bladeren.

Het sap van beide soorten bevat een bijtende stof het Furanocumarine. Het is een sterk geurende, vluchtige olie die uw huid overgevoelig maakt voor ultraviolette straling uit het zonlicht (= fotosensibilisatie) waardoor ontstekingen en brandwonden (fytodermatitis) ontstaan die, in combinatie met de ultraviolette stralen, reageert als een zuur en ernstige brandwonden op de huid veroorzaakt.  Bij regenweer is er minder sprake van irritatie.

Bij de gewone berenklauw zijn de verschijnselen niet zo hevig als bij de reuzenberenklauw.

 

Soorten (60)

Sosnowsky’s Berenklauw (Heracleum sosnwskoyi):

Deze variant komt uit het Oostblok en wordt daar Stalin’s wraak genoemd. Deze berenklauw was oorspronkelijk inheems op de Kaukasus, het bergachtige gebied op de grenzen van Turkije, Iran en al die onrustige landen, ontstaan nadat de Sovjet-Unie uit elkaar is gevallen. Hij kan tot 5 m. hoog worden met een steel van 12 cm diameter.

De Perzische berenklauw (Heracleum Persicum)

Deze lijkt op de reuzenberenklauw maar is kleiner en vormt meerdere stengels. Hij bloeit meerdere keren. In de Iraanse keuken worden de zaden van de Perzische berenklauw gebruikt als specerij. De zeer kleine zaden zijn aromatisch en ietwat bitter van smaak. Ze worden meestal verkocht in poedervorm en veel te vaak foutief gelabeld als angelica zaad.

Amerikaanse Berenklauw (Heracleum maximum)

Deze is bekend onder de naam van Cow parsnip, Indian celery of koeienpastinaak. Diverse Indianenstammen hebben in de loop der tijd wat toepassingen bedacht voor de Amerikaanse berenklauw. 

Nepalese berenklauw (Heracleum nepalense)

Deze kan een hoogte van wel twee meter bereiken. Hij is in het bezit van witte bloemen in een wat afwijkende parapluvorm. In mei begint de bloei, terwijl de vruchten vanaf augustus beginnen te rijpen.

De zaden hebben kleine vleugeltjes en, wanneer ze gekneusd worden, komt er een sterke geur van komijn vrij. In diens thuislanden worden deze geurige zaden met tomaten vermalen tot een pasta. Die wordt als fris bijgerecht gegeten bij gekookte groenten.

Voedingswaarde

Tot 10% suiker. Rijk aan magnesium, calcium, vit C.

 100 gram Energie Eiwit Vet Koolhydraten Vezels
Vers 20 kcal 0.40g 0.24g 3.77g  

Ethnobiology org

Voordelen / Nadelen

Het sap van berenklauw is giftig!! Het sap van deze plant bevat furocoumarinen, die in combinatie met zonlicht ernstige huidreacties kunnen veroorzaken, zoals blaren en brandwonden.

Bij contact krijg je na 24u in eerste instantie last van rode, jeukende vlekken die later overgaan in een ontsteking met zwelling en blaarvorming tot gevolg. Dit ziet eruit als een echte brandwonde en geneest pas na een tweetal weken. Na genezing kunnen ze een bruinverkleuring (hyperpigmentatie) van de huid achterlaten. De huid blijft wel tot zeven jaar lang gevoelig voor zonlicht.

Als het sap in de ogen terechtkomt, kan in sommige gevallen permanente blindheid ontstaan. Het sap kan zelfs door kledij heen schade aanrichten én is giftig als je het inslikt.

Bij aanraking:

  • Spoel onmiddellijk overvloedig met koud water.
  • Breng 2 tot 6/dg flamigel aan.
  • Probeer na aanraking de zon gedurende 1 week te vermijden.
  • Raadpleeg een arts als er huidletsels te zien zijn.
  • Breng 2 tot 6 x/dag Flamigel aan.

Bij ingestie: raadpleeg onmiddellijk het antigifcentrum en arts.

Ook in het zaad vindt men de gevreesde furanocoumarines. Dat betekent dat het consumeren van verpoederd zaad als specerij (Perzische berenklauw) ook brandwonden op je lippen kan veroorzaken als je het voedsel in de zon zou gaan opeten.

Aankoop / Bewaren

Aankoop

Vanwege de gezondheidsrisico’s wordt berenklauw niet commercieel verkocht voor consumptie.

Voor het gebruik in de keuken wordt de gewone berenklauw gebruikt. Er kan zowel gebruik worden gemaakt van de stengel als de zaden van de berenklauw. De jonge bladknoppen oogst je het hele jaar door, de zaden in de zomer en het najaar.

De jonge stengels kunnen worden gebruikt voor het blad zich heeft ontvouwd.

De zaden van de berenklauw kunnen worden gebruikt in verschillende toepassingen. De smaak komt overeen met die van citroengras, kardemon en mandarijn

Bereidingswijze

Voor de weinige keren dat berenklauw culinair wordt gebruikt (bijv. in traditionele gerechten in sommige culturen), worden vooral jonge scheuten en bladeren, zorgvuldig geoogst, gebruikt. Echter, vanwege de gezondheidsrisico’s en de noodzaak van deskundige voorbereiding, is het gebruik hiervan sterk af te raden voor niet-experts.

Gezien de risico’s wordt berenklauw niet aanbevolen voor gebruik in de keuken. (zie nadelen).

Je behandelt de berenklauw net zoals de brandnetel. Blancheren om de brandharen uit te schakelen.

Gewone berenklauw is jong (voor de bloei) een heerlijke groente, zowel de spruiten als het jonge blad kan men eten. De plant heeft een mooie kruidige smaak die lijkt op zoete wortels, selder. De zaden zijn scherp aromatisch, de stengels sappig, de wortel scherp.

De 15-20 cm lange, jonge stengels kunnen van april tot mei gegeten worden en smaken naar een combinatie van zoete komkommer, kokosnoot en mandarijntjes. De stengels moeten geplukt worden voordat het blad zich gaat ontvouwen.

De jonge bladeren en stengels ontdaan van hun vezels zijn rauw heel fijn gesneden lekker in de sla, de grote knoppen met daarin de bloemen en nieuwe scheuten eveneens. Je kan ze ook warm bereiden als spinazie, kook-, bak-, en roerbakgroente of in eiergerechten en kwark. De jonge blaadjes van de gewone berenklauw kunnen soms al halverwege maart worden geoogst. De blaadjes vallen op door de sterke groef in de bladsteel.

Van deze plant hebben de oudere bladeren haartjes die lichte irritatie kunnen veroorzaken. Je kunt de oudere bladeren schillen als rabarber en dan opeten; je eet alleen de brede middennerf van het blad. De jonge plant heeft geen irriterende haartjes en deze stengels zijn prima consumeerbaar in een pastagerecht, ovenschotel of voor op de groenten pannenkoek.

De grote, aromatische bloemknoppen zijn van mei tot augustus rauw te gebruiken in salades. Of gestoomd met bv. een witte saus.je kan ze als antipasta inleggen. De bloemen kun je gebruiken om ijs te parfumeren.

De vruchten hebben een sterke aromatische smaak en kunnen bijvoorbeeld een pepermengeling verrijken.

De onrijpe groene zaden van de kleine of gewone berenklauw zijn ook te gebruiken van augustus tot oktober. De smaak is enigszins vergelijkbaar met die van kardemom: bergamot, citroen en kamfer. Te gebruiken bij koken gemalen in salades en als smaakmaker in zoete gerechten. Hun sterke aroma maakt dat liefhebbers de zaadjes zo eten. Droog de zaden om ze lang te kunnen bewaren. De zaden worden geroosterd over eten gestrooid en fijner gemalen door salades gegeten.

De wortel kan je van september tot maart raspen als smaakmaker of koken als groente.

Info

Ook honden zijn zeer gevoelig voor berenklauw. Berenklauw kan bij vee interne bloedingen en diarree geven.

De Reuzen-berenklauw wordt ook weleens met Engelwortel verward. Het verschil zit erin dat de bloemschermen van de Reuzenberenklauw plat zijn en van Engelwortel bol.

Vaak wordt, ofschoon verboden, gedroogde berenklauw verkocht in tuincentra – let op dat eventueel nog aanwezig zaad tot 6 jaar kiemkrachtig is!

In Rusland en de Baltische staten worden de stengels van gewone berenklauw in de zon te drogen gelegd tot ze geel worden opdat er zich witte, zoete kristallen gaan vormen op de stengels. Deze zoete substantie doet zeer denken aan suiker en wordt beschouwd als een delicatesse.

Chef’s advies

Raak de plant niet aan en waarschuw ook de kinderen ervoor. Laat de kinderen nooit fluitjes of blaaspijpjes maken uit de holle stengel van de plant. Je moet er rekening mee houden dat het sap soms dwars door de kledij kan dringen

Laat het snoeien van de eetbare delen over aan experts en kenners van de plant. Kennis en ervaring is hier wel handig.

Als je berenklauw in je tuin hebt en deze zelf wilt verwijderen, zorg dan dat je beschermende kleding draagt en gebruik veilige methoden om contact met het sap te vermijden.

Galerij

Deel dit recept, kies uw platform!